Kleine windturbines voor boerderijen
Op 16 februari kwam een aantal agrariërs bij elkaar om de mogelijkheden voor kleine windturbines op eigen erf te bespreken. Dit zijn windturbines met een ashoogte tussen de 15 en 20 meter. Ideaal voor een melkveehouderij. Zeker in combinatie met zonnepanelen op het dak van de stal. Het bedrijf kan dan in de winter en zomer voldoende eigen elektriciteit opwekken.
Kleine windturbines zorgen ervoor dat de agrarische sector in de toekomst zelfvoorzienend is. De gemeente moedigt het plaatsen van kleine windturbines aan. Om ervoor te zorgen dat deze windturbines niet het landschap verstoren, zijn er regels gemaakt. Tijdens de bijeenkomst gaf de gemeente informatie over deze regels, en is er gesproken over de voordelen voor boeren om met elkaar samen te werken bij het aanvragen van een vergunning.
‘Maak je bedrijf CO2 neutraal met een kleine windturbine’
Overleg met je buren
De gemeente hoopt dat boeren serieus werk gaan maken van de kleine windturbines. Ben je agrariër en wil je een windturbine gaan plaatsen? Dan is de eerste stap een praatje met de buren. Het kan zijn dat de windturbine voor hen zichtbaar is. Of dat ze bang zijn voor geluidsoverlast. Dan is het goed om misverstanden te voorkomen. Bespreek met je buren wat je van plan bent, en houd rekening met hun uitzicht en eventuele zorgen. Daarna kun je aan de slag met een vergunningaanvraag en het kopen van de windturbine.
Wat zie je van een windturbine?
Ashoogte: de hoogte van de mast waar de gondel op staat.
Rotordiameter: hoe groot is de cirkel die de wieken vormen.
Tiphoogte: het hoogste punt van de wieken.